Folder van de week

Gokken

Een grote gok
Mischien zeg je gokken, daar doe ik niet aan, maar zou het geen gok zijn om je vertier te zoeken in het uitgaansleven? Stel je voor dat je vanavond komt te sterven, gok je er dan op dat het wel goed komt? Of gok je er op dat als je later ouder wordt je dan wel serieus wordt? Een hele gok vind je niet?Hink je nu ook op twee gedachten als je dit leest? Lees dan nu het volgende verhaal. In het noorden van Schotland woonde een man die voor z’n beroep eieren zocht op de klippen van de eilanden ten noorden van Schotland. Aan een hoog gelegen rotspunt maakte hij een touw vast, waaraan hij afdaalde op lager gelegen klippen; die klippen waren nog altijd een vijfhonderd meter boven de zee.

Toen hij een paar minuten gezocht had naar eieren, merkte hij dat het touw waarlangs hij weer naar boven moest klimmen, door de wind van hem afwaaide. Als hij wachtte, zou het niet meer mogelijk zijn naar boven te komen. Hij strekte zijn handen uit, maar kon het touw niet meer grijpen. Nog een poging, maar weer miste hij. Spoedig zou het te laat zijn. Er bleef hem niets anders over dan naar het touw te springen om het te grijpen. Hij hinkte op twee gedachten. Als hij mis greep, zou hij in de diepte storten. Nog een windvlaag bracht het touw weer in de buurt waar hij stond. Hij waagde de sprong, klemde er zich aan vast, en bereikte veilig de top van de rots. Daar viel hij op de knieën, en dankte hij God.

Ziet u de toepassing? Waar u zich nu bevindt, in het uitgaansgebied, staat u op een gevaarlijke rotsrand. U houdt zich bezig met het verzamelen van vogeleieren, met onzinnige dingen die afbreken zodra u ze aangrijpt. Het koord der behoudenis is nu tot u neergelaten. En u wordt uitgenodigd de hoop der zaligheid aan te grijpen. Christus is u voorgesteld. “O”, zegt iemand, “dan moet ik de plek waar ik nu sta verlaten.” Inderdaad, u moet het uitgaansgebied verlaten. “Moet ik dan op Christus alleen vertrouwen, op niemand anders?” Precies! dat eis ik van u. U moet Christus aanroepen. Wilt u nog treuzelen? God verhoede het! Is hier nog een zondaar die op twee gedachten hinkt? Zou hij aarzelen? Als mijn gebeden, mijn tranen, mijn waarschuwingen u konden bewegen, zij zouden u vermurwen.

Ach, jongeren , ik vraag van u dat u Christus aangrijpt en Hem vasthoudt. Laat Hem niet gaan. Zijn armen zijn niet vermoeid. Als u uw hand tot Hem uitstrekt, zal Hij u opheffen. Zo, mijn vriend, zal Christus u tot de zaligheid brengen. Met deze op merkingen laat ik u aan uzelf over. Stel niet uit, verlies geen tijd. Zoekt God. Vindt de vrede. Houdt deze tekst in gedachten, die zovelen tot troost geweest is: “Het bloed van Jezus Christus, Gods Zoon, reinigt van alle zonden.”